h

Algemene Beschouwingen 2017: Groningen Bruist

12 juli 2017

Algemene Beschouwingen 2017: Groningen Bruist

Foto: Jan Hein Mastenbroek

Lees hier de hele bijdrage van de SP-fractie voor de algemene beschouwingen van 2017 in Provinciale Staten door fractievoorzitter Jan Hein Mastenbroek.


Voor mij de eerste keer. Tot nu toe kon ik dit soort dagen overlaten aan mijn voorgangers Lian Veenstra en tot recent, Sandra Beckerman. Nu, halverwege de eerste periode waarin mijn partij deel uit maakt van het college, word ik geacht een samenhangend verhaal te hebben over de stand van het land en de Provincie. Liefst aan de hand van een thema, met een moraal en een visie. Ga er maar aan staan.

In de voorbereiding van vandaag heb ik verschillende opties verkend. Van het fragiele van het leven, dat zomaar weggenomen kan worden, tot de belofte van nieuw leven en de toekomst voor mijn aankomende zoontje, werktitel Flip, waar mijn vrouw binnenkort van hoopt te bevallen. Wat voor Groningen willen wij voor hem.

Uiteindelijk ben ik uitgekomen bij een actie die mijn partij in de aanloop naar de verkiezingen van 2011 heeft gevoerd: Groningen Bruist. Toen was dat een leus die aandacht vroeg voor het ommeland, waar zoveel aandacht voor moest zijn. Nu is dat wat mij betreft op steeds meer gebieden een feit: Groningen Bruist.

Dit college heeft serieus werk gemaakt van het bevorderen van de leefbaarheid in onze Provincie. Vele projecten zijn op dit moment in uitvoering, met subsidies in gebieden, gebouwen en bewonersinitiatieven. Het accommodatiefonds voor sportvoorzieningen en dorpshuizen is terug van weggeweest en het maatschappelijk investeringsfonds maakt de aanpak van onderop mogelijk. De recente investeringen met de retailagenda zullen daar ook verder aan bijdragen. Leegstand in winkelcentra, krimp in dorpen en het verdwijnen van voorzieningen wordt zo zo veel als mogelijk tegengegaan.

De afgelopen periode is er een Basisnet OV tot stand gekomen, waarmee gebieden voor lange tijd zekerheid hebben over de bereikbaarheid. Hoewel deze basislijnen een stevig fundament zijn, blijft de invulling van de verbindingen daar omheen een punt van aandacht. In de komende tijd zal moeten blijken of de invulling met het publiek vervoer en de Hub-taxi zal werken. Voor mijn fractie blijft de bereikbaarheid van het ommeland, voor iedereen en ook buiten de spits, zeer belangrijk. Ook dat kan immers een grote invloed hebben op de leefbaarheid.

De uitbreiding van de leefbaarheidsprojecten met een pot voor zorg initiatieven past ook bij deze bruisende provincie. Wij roepen het college op deze zorggelden ook van onderop en door ondersteuning van buurt en dorps-initiatieven te besteden. Minder nadruk op onderzoek door deskundigen en meer praktische projecten voor het platteland.

De Provincie bruist ook door de nieuwe bestuursstijl en het contact tussen de Staten en de inwoners. Vorig jaar hadden wij al de meldweek leefbaarheid, dit jaar waren er de OV knooppunten en de bijeenkomsten over het nieuwe beleid duurzame energie. Voorbeelden van een Provincie die luistert naar de wensen in de samenleving en die daar ook echt iets mee doet. Nog wel even wennen wellicht en ook meer arbeidsintensief dan vanuit een ivoren toren een plan maken, maar uiteindelijk een manier om goede en gedragen projecten te krijgen waar mensen echt iets aan hebben. Een manier om de kiezers meer te betrekken bij het werk van de Provincie, in de aanloop naar de volgende verkiezingen.

Ik hoop dat tegen die tijd de kiezers weten wat de Provincie is en doet en dat zij dankzij deze nieuwe bestuursstijl meer invloed hebben dan ooit. Wij zijn ook erg blij met de ingezette lijn, dat zoveel mogelijk gewerkt wordt met revolverende fondsen en zo min mogelijk met ouderwetse subsidies. De Provincie moet nieuwe ontwikkelingen stimuleren, maar als het even kan met geld dat later, als een project op gang is, weer terug komt.

Allemaal positieve ontwikkelingen. Een bruisende Provincie. Dat was ook wat wij in 2011 wilden: niet alleen de Stad Groningen, maar heel de Provincie Groningen weer laten bruisen. Van Boerakker tot Spijk en van Ter Apel tot Grootegast hebben wij de mensen opgeroepen te kiezen voor een andere manier. Na die verkiezingen, waarmee ik nog net als zesde op de lijst verkozen werd, kwamen wij nog in de oppositie, maar deze periode gaat het allemaal anders. Voorzitter, het bruist.

Maar het schudt ook nog. De gaswinning en de mijnbouwschade blijven een probleem, veel groter dan onze Provincie. Op een onacceptabele manier blijft de huidige minister Groningen behandelen als een tweederangs gebied. Onze inwoners worden moedeloos van de ellende waarin zij blijven zitten en woest van de manier waarop het Rijk blijft pappen en nathouden. De schade in Groningen duurt voort, om de begroting van het Rijk maar rond te krijgen. Dat moet anders, daar moet de menselijke maat voorop staan. Wij zullen ook volgend jaar moeten blijven strijden voor een Groningen-fonds met voldoende middelen, waarmee gemeenten en Provincie samen en los van Rijk en NAM over de versterking en het schadeherstel kunnen beslissen. De besteding hiervan moet op wijk-, dorps- en stadsniveau opgepakt worden en besteed worden aan de hand van een integraal plan voor die wijk, dat dorp en die stad. De NAM moet uit het systeem en ook het Rijk moet zijn verantwoordelijkheid nemen. Wij blijven hopen op een nieuwe regering die dit serieus neemt.

Dit college heeft heel veel nieuw beleid in gang gezet. De organisatie piept en kraakt om alles uit te voeren en alle bordjes in de lucht te houden. Vooral ook op het gebied van de gaswinning zal de Provincie nog meer zelf moeten doen, om op te komen voor Groningen. In de voorjaarsnota is hier, op pagina 19 en 22, het nodige over gezegd. Wat mijn fractie betreft moet het college hier de ruimte krijgen om de P.M.-posten goed in te vullen in de begroting 2018. Ik kan u zeggen dat daarvoor in de Staten veel steun is en daarom stellen wij vandaag samen met vrijwel alle andere partijen voor om op te komen voor meer zeggenschap in Groningen.

In de voorbije jaren zijn wij in deze Provincie geconfronteerd met failliete bedrijven die forse vervuiling achterlieten. Zowel bovengronds, denk met name aan North Refinery, als ondergronds, denk aan De Eendracht en Accres, blijft de Provincie dan zitten met de rotzooi van een bedrijf dat veelal goede winsten heeft gemaakt, maar uiteindelijk niet de verantwoordelijkheid heeft genomen die zij zou moeten nemen. Het achterlaten van vervuiling als verdienmodel.

Mijn fractie is van mening dat dit soort problemen in de toekomst voorkomen moet worden. Wij hebben hier al eerder aandacht voor gevraagd, maar roepen het college nu op om hier werk van te maken en te onderzoeken hoe bij het vestigen van nieuwe bedrijven en bij het verlenen van vergunningen een spaarpot bedongen kan worden, waaruit dit soort kosten betaald kunnen worden. Bedrijven zijn meer dan welkom, ook bedrijven die werken met afval, maar die bedrijven moeten de maatschappij niet opzadelen met dat afval. Daar moeten zij zelf voor zorgen, voordat zij hun winsten aan de aandeelhouders kunnen uitkeren.

Eerder dit jaar hebben wij de structuurvisie Eemsmond Delfzijl vastgesteld. Wij hebben toen al benoemd dat op sommige plaatsen in onze provincie, inwoners last hebben van meerdere activiteiten in hun omgeving. Windmolens, aardbevingen, zware industrie en havenactiviteit bestaan in de Eemsdelta naast elkaar. Wij zijn er trots op dat onze Provincie daar een afwegingskader heeft gemaakt waarin alle belangen betrokken worden. Dat is uniek in Nederland en geeft ruimte voor nieuwe ontwikkelingen met respect voor de natuur en de leefomgeving.

Toch zijn er plekken die door die combinatie van activiteiten minder leefbaar zijn. Woningverkopen in die gebieden zitten soms op slot, wat ook weer afschrikkend werkt voor mensen die overwegen zich daar te vestigen. In Moerdijk is dat op nog grotere schaal aan de orde. Daar is een regeling gekomen die er voor zorgt dat huiseigenaren hun huis altijd kunnen verkopen. Als de verkoop niet lukt, neemt de gemeente het huis over, voor 95% van de getaxeerde waarde. Dat werkt geweldig, omdat het zekerheid geeft. Daardoor hoeft er bijna nooit een beroep gedaan te worden op de regeling.

Zoiets lijkt mijn fractie ook een oplossing voor sommige gebieden in onze Provincie. Wij denken dan breder dan alleen het eerdere voorbeeld Oudeschip: er zijn nog wel meer plaatsen waar industrie, verkeer, windmolens en aardbevingen spelen. Het gaat ons daarbij om echt bovenmatige hinder van grotere bedrijven. Wij zouden graag zien dat het college in kaart brengt waar dat speelt en wat daarvoor een oplossing kan zijn en met voorstellen komt voor een regeling voor die gebieden.

Het is volbracht. Mijn eerste algemene beschouwingen zitten er op. Ik ben blij met dit Groningen, dat bruist van de activiteiten. Wij blijven werken aan de gigantische opgave in het aardgas-dossier. Wij moeten blijven werken aan een leefbare Provincie, waar niveaus van armoede onder, in plaats van boven het landelijk gemiddelde liggen, waar werkgelegenheid boven in plaats van onder het landelijk gemiddelde liggen en waar zorg en voorzieningen beschikbaar en bereikbaar zijn en blijven. Maar voorzitter, mijn fractie is vol vertrouwen.

U bent hier