Provincie Groningen

Het college van Gedeputeerde Staten (GS) in Groningen zit liever op provinciaal geld dan zij dat investeert in de provincie. Tot die conclusie komt de SP-fractie na de Algemene Beschouwingen van woensdag. De partij kwam met een reeks aan alternatieven. Daarvoor was steun vanuit andere partijen en de samenleving, maar de coalitie stemde alles weg.

’Wij kijken fundamenteel anders naar Groningen dan de coalitie dat doet”, stelt fractievoorzitter Lian Veenstra. ‘’Wij kiezen voor investeren in onze provincie, terwijl zij geld willen oppotten. Waar wij kiezen voor natuur, cultuur en meer macht voor mensen, kiezen zij voor megastallen, een kolencentrale en mammoetgemeenten’’, aldus Veenstra.

De SP presenteerde gisteren acht alternatieven om wel in de Groningse economie en samenleving te investeren. Zij trok daarbij geld uit voor cultuur, natuur, OV voor MBO’ers en wegen en kanalen. Ook wil de partij een andere verdeling van de leefbaarheidsgelden, bestemd voor gebieden die te maken hebben met leegloop. GS trekt 30 miljoen euro uit voor drie gemeenten, de SP wil dat dit ten goede komt van alle gemeenten. Er was veel waardering voor het SP-plan om te komen tot een Provinciale Investeringsbank, waar Groningse bedrijven een beroep op kunnen doen voor een lening. Dit plan wordt later weer besproken.

Lian Veenstra heeft weinig begrip voor de opstelling van de coalitie. ‘’Wij waren de enige partij met echte alternatieven, je mag toch verwachten dat dat wat serieuzer genomen wordt dan het alleen maar met een paar keer handopsteken weggestemmen. Wij wilden bijvoorbeeld een bezuiniging op kinderen in armoede (stichting Leergeld) terugdraaien. Een voor de provincie klein bedrag dat voor de kinderen in kwestie een groot verschil maakt. Juist in de week dat de Kinderombudsman deze initiatieven als goed voorbeeld stelt in de aanpak van kinderarmoede, mag je wel wat meer mededogen verwachten.’’

De SP zal bij de begrotingsbehandeling in het najaar deze en nieuwe voorstellen weer indienen. Zij hoopt dan op meer lef en solidariteit van de coalitiepartijen PvdA, VVD, D66 en ChristenUnie.